De redactie van Dynamisch Perspectief ontving van Tom Saat, van De Stadsboerderij in Almere een reactie op het themanummer Leven doorgeven.

Het komt wel vaker voor dat het lezen van Dynamisch perspectief mijn wenkbrauwen flink doet fronzen, maar dit keer kan een reactie niet uitblijven.

Het nummer gaat over de economische kant van de landbouw, maar getuigt van veel naïviteit en weinig van kritische reflectie. Een rode draad die door de artikelen loopt is de term ‘vrije ‘grond. Hieronder wordt grond verstaan die uit het privebezit is gehaald. Nergens wordt er uitgelegd , waarom de grond daardoor vrij zou zijn. En dat kan natuurlijk ook niet uitgelegd worden , want om vrij te zijn heb je nu eenmaal  een wil nodig en dat wordt bij grond een beetje lastig . Wat er in feite dan ook bedoeld wordt is ‘goedkopere grond’. Als grond wordt verworven via legaten of er erfenissen (zoals dat bij 90% van de boeren gaat) dan drukken de lasten van dat kapitaal niet langer op de grond en wordt deze goedkoper. Op deze manier werkt ook bijvoorbeeld de Stichting Grondbeheer. Grond wordt gekocht met deels erfenissen, waardoor de grondlasten omlaag gaan. Maar daardoor wordt grond toch niet vrij? Hij wordt alleen goedkoper. Maar omdat er een goed doel achter zit- het stimuleren van bd landbouw- is alleen het woord ’goedkoper’ een beetje mager. Maar of dat doel (het stimuleren van de bd) ook behaald wordt door het goedkoper maken van de grond ,  is maar helemaal de vraag. Het artikel opent met Maria Tak van Poortvliet die destijds de grond voor Loverendale heeft geschonken  om vervolgens Ehrenfried Pfeiffer, die niet gehinderd werd door enige kennis van zaken,  een biologisch-dynamische bedrijfsvoering te laten opzetten. Daardoor kon de bd landbouw een start maken in Nederland. Maar of dit uiteindelijk ook een goede zaak is geweest voor de ontwikkeling van bd landbouw in Nederland,( en zeker in Zeeland !,)  dat kan je betwisten. De geschiedenis van Loverendale hangt , zoals het boek van Ellen Winkel heeft laten zien, van amateurisme en mismanagement aan elkaar, hetgeen uiteindelijk ook ondanks de gratis grond tot een faillissement heeft geleid. Tot op de dag van vandaag schakelt er in de buurt van Loverendale vrijwel niemand om en dat geeft wel aan , dat je het gevolg  van de  actie van deze rijke erfgename niet zonder meer een goede kan noemen.

Dat laat onverlet dat de prijsontwikkeling van landbouwgrond in zijn algemeenheid een negatieve invloed heeft op de ontwikkeling van de landbouw. Alle kapitaal dat in de grond gaat zitten, drukt uiteindelijk op de exploitatie van de landbouw . Zuiver economisch is daar geen reden voor , omdat er geen productiekosten, zoals bij de andere kapitaalgoederen als machines en gebouwen tegenover staan (de polders zijn natuurlijk een uitzondering maar ook hier staan de productiekosten niet in verhouding tot de aanschafkosten). Het idee om de toegang tot grond in de rechtssfeer te plaatsen en buiten de economie is dan ook vanuit economisch gezichtspunt het enig juiste , en zeker geen moreel oordeel (zoals in de reeks artikelen in DP regelmatig wordt gesuggereerd). Sterker nog , als moraliteit op de voorgrond treedt- we moeten iets goeds voor de wereld- kan dat wel eens betekenen dat het economische daaronder lijdt, zoals het voorbeeld van Loverendale laat zien.

Het themanummer wil iets over sociale driegeleding brengen en dus komt ook de associatieve economie aan bod. Maar wat er dan over kapitaal wordt gezegd lijkt eerder uit een marxistisch leerboekje te zijn overgenomen dan dat er geprobeerd wordt om iets duidelijk te maken over  wezen en functie van kapitaal in de economie. En dat geld wel voor meer dingen. Als het over de juiste prijs gaat wordt er een definitie gegeven , maar daarmee zeg je zo ongeveer nog niks. Zeker , die definitie is bekend, maar heeft als functie om er op te wijzen dat de juiste prijs bepalend is voor de toekomst ( de juiste prijs is de prijs om het product opnieuw te produceren) en niet  uit het verleden komt (de consumptieve behoeftes van de producent). De juiste prijs is dan ook zeker geen star fenomeen. De ene bd boer kan voor 25 cent per kg uien telen en de ander heeft wel 80 cent nodig. Geheel afhankelijk van de kwaliteiten van de grond , van de boer, van de mechanisatie etc. Het is dan ook onzin om te suggereren dat de gemiddelde bd boer steevast  te weinig krijgt voor zijn produkten.  Soms is dat zo, maar soms krijg je als boer eigenlijk ook te veel  blijkt in de praktijk.  Dat heeft alles te maken met vraag en aanbod: een zeer reeele factor in de economie, die je alleen kunt beheersen als je het aanbod kan sturen, zoals dat in (associatieve) cooperaties wel werd en  wordt geprobeerd. Daar speelt op de achtergrond mee dat we in een arbeidsdelige economie en samenleving leven en die arbeidsdeling   de motor van de economie is. In een sterk arbeidsgedeelde economie is er nog slechts een klein gedeelte van de beroepsbevolking in de landbouw werkzaam en ook dat heeft zijn weerslag op het prijspeil.( Meer mechanisatie en een lagere prijs tot gevolg). De voorbeelden die in het themanummer als pogingen tot een associatieve economie worden genoemd, als groenteabonnementen en CSA bedrijven, zijn pogingen om die arbeidsdeling weer wat verder terug te dringen (minder logistiek, geen tussenhandel en kleinere klantenkringen). Dat kan voor individuele bedrijven zeker soelaas bieden, maar  voor het  geheel van de economie kan het dat niet.  Daarvoor moeten er associatieve modellen ontwikkeld worden vanuit de sterk arbeidsdelige economische realiteit van vandaag : het grootwinkelbedrijf en de daarbij horende logistiek en tussenhandel.

Om dit op te pakken is vanuit de landbouwsektie van de Vrije Hogeschool  een paar geleden de Wirtschaftskreis (Economisch Forum) opgericht. Dit Forum ontmoet elkaar steeds in een ander land met een andere handels- en organisatie-structuur.  Uit Nederland zijn Koos Bakker en ondergetekende deelnemers aan dit forum en  deze zomer vind de bijeenkomst in Nederland plaats en staat de Nederlandse situatie centraal. Om die reden kunnen er meer mensen uit Nederland hieraan deelnemen. Voorwaarden zijn bekendheid met het thema en een professionele betrokkenheid hierbij. Mensen, die zich hierdoor aangesproken voelen zijn van harte welkom en kunnen zich melden bij Koos of mij. De associatieve economie moet naar hoger plan getild worden dan wat uit dit themanummer naar voren is gekomen!

Tom Saat

Naschrift van de redactie:

Voor het themanummer “Leven Doorgeven” is de redactie op zoek gegaan naar initiatieven die bijdragen aan een menselijkere samenleving, vanuit het perspectief van de landbouw.

In de kritiek van Tom Saat kunnen we als redactie een eind meegaan. Zelfs in een heel themanummer is de ruimte beperkt om de nuance (lees: diepgaandere uitleg) aan te brengen. Als je ‘Vrije grond’ niet uitlegt wordt het al snel een nietszeggend containerbegrip. Al te makkelijk omarm je een ‘model’ dat buiten je staat, terwijl het gaat om de verbinding van het individu met de grond, het werk en de mensen waar je verantwoordelijk voor bent. Juist die verbinding hebben we aandacht willen geven. Dat daarbij vooral kleinschaligere initiatieven naar voren komen is dan ook een weergave van de stand van zaken.